"GREVE (Wilhelmus), zoon van Wilhelmus Greve en Johanna van der Houve, werd te Berkel, waar zijn vader toen predikant was, den 16den Maart 1762 geboren. Hij ontving zijne opvoeding te Delft en werd vervolgens door zijnen vader tot de akademische studien voorbereid. Te Leiden den 18den September 1780 als studient ingeschreven, was het aanvankelijk zijn voornemen in de godgeleerdheid te studeren, waarvan hij evenwel later terugkwam en den 1sten Januarij 1782 zich tot de geneeskundige studiën begaf.
Na den 28sten Julij 1786 tot kandidaat in de medicijnen bevorderd te zijn, promoveerde hij den 23sten Februarij 1787 tot doctor in de geneeskunde, na verdediging zijner dissertatie: de Rabie Canina.
Zich vervolgens, in 1787, als geneesheer te Rotterdam gevestigd hebbende, werd hij aldaar benoemd tot doctor en examinator voor den Edelen Hove en Hooge Vierschaar van Schieland; terwijl het Bataafsch Genootschap van Proefondervindelijke wijsbegeerte aldaar hem het lidmaatschap aanbood.Om redenen van gezondheid verliet Greve den 1sten Mei 1800 de stad Rotterdam en vestigde zich te Noordwijk Binnen, welke plaats hij evenwel in 1807 met Delft verwisselde, alwaar hij tot stads- en gasthuis doctor benoemd zijnde, tevens lid was van het natuurkundig gezelschap onder de zinspreuk: Aan wetenschap gewijd. - Volmaakter door den tijd. Hij vertrok echter in 1815 weder naar Noordwijk, waar hij, na langdurig lijden, den 14den Februarij 1819 overleed. Hij was gehuwd, eerst met Johanna Ida Meuser, en na haar overlijden met Cornelia Lezenne.
Greve was een man van veelzijdige kennis. Eene vertaling van zijne dissertatie bovengenoemd zag het licht onder den titel:
Verhandeling over de honds-dolheid, Rott. 1793. 8o.
Behalve niet uitgegeven verhandelingen verscheen van hem: Iets voor de liefhebbers van anatomie en natuurlijke historie opzigtelijk een liquor om anatomische proeparaten te bewaren; in den Algem. Konst- en Letterb. 1813. D. II. bl. 183.
Natuur- en geschiedkundige Verhandeling over de reuzen en dwergen, enz. Amst. 1818. 8o. met platen.
Verzameling van merkwaardige droomen en gebeurtenissen, Amst. 1819. 8o.
Greve bragt een uitmuntend kabinet van natuurlijke historie, anatomische praeparaten, oudheden, en eene aanzienlijke boekerij bijeen, waarvan een gedeelte in 1815 te Delft en een ander gedeelte, na zijn overlijden, in 1819 te Leiden verkocht is."
"Zie de Jong, Naaml. van Ned. Boek.; Holtrop, Bibl. Medicochirurg. p. 116; Uit familie-berigten aangevuld."
Wie zou ze niet willen hebben? Een 'Verzameling van merkwaardige Droomen en Gebeurtenissen. Het merkwaardige van deze geschiedenis is nu, dat het boek uit 1816 zojuist zijn plek heeft ingenomen op mijn 'Tablet' om het 200 jaar later eens lekker op het gemak in een strandstoel door te nemen...en dat allemaal nog altijd in het vertrouwde Noordwijk, hoe bij de tijd kan een mens leven: over merkwaardige gebeurtenissen gesproken.