„Wij willen een dans geven, waarin de klassieke school gehandhaafd blijft in modernen vorm, en zóó, dat een klassieke danseres, als N e m s j i n o w a, zich— bij voorbeeld in de moderne „Rhapsodie in Blauw"— geheel vrij voelt en haar stijl niet behoeft te forceeren. Dus : vernieuwing van de techniek op klassieke grondslagen. En wat den ballet-vorm betreft, —
wel, de romantiek had bij het ballet altijd een sterke handeling noodig. Ik geloof dat er, voor onzen tijd, minder.,..
vertelsel.... moet zijn: niet meer dan een dunne draad, die het geheel aaneenhoudt. En dan een vertelsel, dat modern is en niet te lang, vooral — niet te lang...."
In het gezelschap van De Russische danseres Edith van Schrenck, die deze weken aan de Noordzee haar zomerverblijf heeft genomen, zal onder auspiciën der N.V. Internationale Concert-directie Ernst Krauss een aantal dansavonden in de badplaatsen worden gegeven, o.a. te Noordwijk aan Zee en te Zandvoort. Ook zal zij op een der feestweek-avonden in den Stadsschouwburg te Haarlem dansen, waar eveneens het Russisch ballet van Nemsjinowa en Dolin en de Sakharoff's een uitvoering zullen geven,. (Uit: De kunst; een algemeen geïllustreerd en artistiek weekblad jrg 20 no 1071, 04-08-1928)
Voor de oprecht in deze materie belangstellende lezers nog een gedeete uit de tekst van het artikel in 'De Kunst':
Ernst Krauss Concerten in het Seizoen 1928—1929.
De klassieke dans en het ballet staan op haar program. Met oa. Vera Nemsjinowa en Anton Dolin. Zeven jaar geleden was Vera Nemsjinowa nog eene onbekende fee onder de vele feeën in Djaghilews „Schoone Slaapster". Maar zeer spoedig bracht zij het tot prima ballerina, na in slechts enkele jaren de verschillende rangen te hebben doorloopen, die een koryphee, die eenmaal solo-danseres zal worden, nu eenmaal te doorloopen heeft. Zij ging van zegepraal tot zegepraal, en weldra kreeg zij de reputatie van „de hoop der jonge Russische school" te zijn.
Nemsjinowa is namelijk niet alleen eene groote danseres, — zij is ook een der zéér weinigen in wie de groote klassieke stijl van het ballet-dansen is belichaamd met haar adel, haar trots, haar bevallige kracht, haar strenge gracie. De ware ballet-traditie draagt zij voort — met fierheid, streng van stijl, in volle bewustheid.
Een harer schoonste kreaties, waarbij men ook aan Paw1owa's fiere en strenge kunst denkt, is de betooverde zwaan in het „Lac des Cygnes". Maar ook in verschillende kleinere dansscheppingen hebben wij groote herinneringen aan deze
danseres : aan „Le Rossignol" vooral, en aan een „Rondo Capriccioso". Naast stijl en elegance, naast speelsche lichtheid en verheven tragedie, ziet men van Nemsjinowa's dansen eene groote bekoring uitgaan, die boeit en ontroert en die diepe indrukken achterlaat, — onvergetelijk en charmant, in den besten zin.
Daarnevens geeft zij, in een modern werk als G e o r g e G e r s h w i n's „Rhapsodie in Blauw", naast Dolin, die ook hierin haar voortreffelijke partner is, haar zéér persoonlijke karakteristiek. De modernismen, die men in deze „Rhapsodie" te verwerken krijgt, in muziek, aankleeding, kleur,.... akrobatiek, — het lijkt alles vanzelfsprekend in Nemsjinowa's en Dolin's vertolking. En zij worden daarin bijgestaan door den niet minder uitstekenden danser en balletmeester Nikolas Zwereffen door een ballet, dat, kwalitatief, op dezelfde hoogte staat als de solisten.