Dit verhaal gaat over stenen. Het zou een familieroman kunnen zijn met als titel 'Van Steenpuistje tot Steenvoorden'.
Vader Leen is dé stratenmaker van het dorp. Omstreeks 1883 neemt Burgmeester Pické hem mee naar de Zuidduinen, maakt een wijds armgebaar richting omgeving en spreekt de man aan met de historiche woorden: "Leen, hier moet je maar beginnen, zoek volk met kruiwagens en schoppen, en schep de duintoppen tot gindse paal maar gelijk tot een weg". Naar de letter genomen is Leen Steenvoorden dus de grondlegger van de badplaats Noordwijk. Een prachtige ontdekking die ik dank aan geschiedschrijver Jan Kloos en zijn beeldende muze mevrouw M.A.M. van der Voort-Ruygrok die zijn woorden in herinnering brengt in haar 'Kent u ze nog ...de Noordwijkers'!
Dan slaat het noodlot toe. Zoon E. wist zich met zijn roode zakdoek het zweet van het gelaat en veegt daarmee langs een ogenschijnlijk klein puistje, wat een dodelijke daad zal blijken. Hij toont ernstige ziekteverschijnselen maar de te hulp geroepen artsen Dr.Kervel en Dr.van Nes kunnen de 22 jarige jongeling niet meer redden.... de vader staat aan het graf... én hij schepte voort.
Zo kan het dramatische einde van de geschiedenis luiden. Ellendig slot tot besluit! Schrijverskunst! Op naar het Boekenbal 2009 .
Geen opmerkingen:
Een reactie posten