Jacobus Wilhelmus Petrus Spruijt is een keurig ondernemer die aan aannemer W.P. de Vreede opdracht verstrekt tot het bouwen van een Pension in de Zuidduinen van Noordwijk, dat de naam "Grand Pension Rembrandt" zal dragen. Alles gaat goed met de zaken maar in 1919 breekt er een "Rode Hond" epidemie uit in Noordwijk en volgens de voorschriften moeten de Hotels dan gesloten worden voor het publiek, Noordwijkse Huizen deed u al eerder kond van die beroerde tijden. Hij wordt voor het vergrijp door de kantonrechter veroordeeld, evenals zijn maten in het kwaad de heren Casparus Hendrikus Hermanides en Wilhelm Ludwig Tappenbeck.